Late Harvest (Late Oogst) Wijnen
De druiven blijven langer aan de wijnstok hangen, verliezen hun vocht en concentreren de suikers. Meest gebruikte druivensuoorten zijn Chenin Blanc, Riesling en Sémillon.
Voorbeelden: Vendanges Tardives, Spätlese/Auslese, Tokaji Late Harvest.
Edel Rot (Botrytis Cinerea)
De druiven worden aangetast door een speciale schimmel, waardoor ze uitdrogen. De suikers en de smaak worden zo geconcentreerd. De schimmel ontstaat onder bepaalde omstandigheden en voegt een specifieke smaak en complexiteit toe aan de wijn.
Voorbeelden: Sauternes, Tokaji Aszú, Beerenauslese, Quarts de Chaume, Vouvray.
Gedroogde Druiven (Passito/Appassimento/Passerillé)
De druiven worden op stromatten of in droogkamers gedroogd om gedeeltelijk uit te drogen en suikers te concentreren.
Voorbeelden: Vin Santo, Recioto della Valpolicella, Passito di Pantelleria, Vin de Paille.
IJswein (Eiswein)
De druiven bevriezen aan de wijnstok en worden in bevroren toestand geperst. Doordat het water bevroren is krijg je bij het persen een extreem geconcentreerd sap waarmee vervolgens wijn gemaakt wordt.
Voorbeelden: Duitse en Canadese Eiswein.
Versterkte Wijnen
De gisting wordt gestopt door alcohol toe te voegen, waardoor restsuiker behouden blijft. Vaak worden er speciale technieken toegepast bij de veroudering van de wijnen zoals oxidatie bij Sherry en Madeira of het blootstellen aan warmte en zon. In Frankrijk noemt men dit soort wijnen "Vin Doux Naturel" of (VDN).
Voorbeelden: Porto, Madeira, Moscatel de Setúbal, Muscat de Beaumes-de-Venise, Maury, Banyuls, Rivesaltes, Sherry, Dulce, Mavrodaphni.
Meer uitleg over Madeira wijnen vind je hier:
https://www.wineandshine.online/blog/wine-shine-wijn-blog-7/madeira-wijnen-3462
Mistelle (likeurwijn, eigenlijk geen wijn)
Druivensap of most wordt versterkt met alcohol voor of tijdens de gisting, zodat de gisting stopt en de natuurlijke suiker behouden blijft.
Voorbeelden: Pineau des Charentes, Floc de Gascogne, Macvin du Jura, Cartagène du Languedoc, Ratafia.